Wie aan Curaçao denkt, denkt waarschijnlijk aan een exotisch vakantieoord. Maar het eiland heeft nog zoveel meer te bieden. Olympisch sprinter Churandy Martina is er geboren en getogen en toont ons welke drie dingen voor hem onlosmakelijk verbonden zijn met zijn ‘Dushi Kòrsou’.
Gedurende de geschiedenis werd Curaçao bewoond door verschillende volken en allemaal namen zij zo hun eigen kookgewoonten mee. Het zorgde ervoor dat de Antilliaanse keuken een smeltkroes is van verschillende cuisines. Boonchi is een traditionele bonensoep van o.a. kidneybonen en zoutvlees, die vaak op maandag wordt gemaakt en gegeten. Omdat de ingrediënten goed moeten intrekken en garen, start men al vroeg in de ochtend met de bereiding van de soep. Maar het samen snijden, koken, roeren en steeds weer proeven maakt het juist een hele ervaring. Kome dushi!
Baseball, of honkbal zoals we het hier in Nederland noemen, is de grootste en belangrijkste sport op Curaçao. Veel jonge sporters dromen ervan ooit een ster aan het baseballfirmament te worden. Die kans is niet onrealistisch, want Curaçao is een kweekvijver van baseballtalent en bracht al vele grote namen voort. Het enthousiaste publiek op de tribune, de sfeer in het stadion, de ontlading: een wedstrijd bijwonen is een experience op zich. Curaçaoënaars zijn met recht trots op hun nationale sport.
Wat is er nu fijner dan samenzijn met familie en vrienden onder het genot van lekker eten? Een barbecue op het strand is de perfecte setting. Alles gaat op de grill: Vis natuurlijk, maar ook kip, burgers en bakbananen. Terwijl de grillmaster het eten verzorgt, zit de rest gezellig te kletsen op het strand. Muziekje erbij, heerlijke geuren en waarschijnlijk wordt er ook nog een potje domino gespeeld. Dit legspel met speciale stenen is populair op het eiland en maakt het uitje compleet.